Ik hield van boeken lezen en was nieuwsgierig naar religies, dus begon ik de Koran in het Farsi te lezen om nieuwe informatie te vinden die specifiek over Jezus ging. Ik moest de verhalen uit islamitische bronnen lezen omdat ik geen Bijbel had. De verhalen die ik las onthulden me dat Jezus groter was dan alle andere profeten - Hij deed wonderen, in tegenstelling tot de profeten van de Islam. Door het lezen van de Koran geloofde ik in mijn hart dat Jezus de Zoon van God is.

Mijn ouders gingen uit elkaar toen ik nog een kind was. Het leven met mijn alleenstaande moeder was zwaar, totdat mijn moeder op een wonderbaarlijke nacht Jezus als haar Verlosser ontving. Toen ze met mij over Jezus begon te praten en suggereerde dat ik Hem ook moest accepteren, glimlachte ik en gaf ik toe: “In mijn hart geloof ik al in Jezus.”

We sloten ons aan bij een ondergrondse kerk in Iran, maar de autoriteiten vielen de huiskerk binnen en verboden ons nog samen te komen. Uiteindelijk kregen we een exemplaar van de Bijbel en mijn moeder en ik begonnen samen de Schrift te lezen. We wisten niet hoe we moesten bidden of waar we moesten beginnen met het lezen van de Bijbel, maar we hadden toegang tot christelijke zenders op tv. We bleven kijken naar “Shabakeh 7” elke kans die we kregen. Door hun lessen leerden we voor het eerst de basis van ons pas ontdekte geloof.

Helaas moesten we om veiligheidsredenen Iran ontvluchten en emigreren naar Turkije. De situatie daar was in het begin moeilijk, maar Jezus is altijd bij ons geweest. Hij heeft ons niet verlaten.