Opname waardig zijn

Terry James 17 december 2024

Noot van de auteur: Terwijl ik me voorbereidde op de spreeksessie op de Branson Prophecy Watchers conferentie op zaterdag 7 december 2024, bracht mijn onderwerp “Klaar voor de Opname!” me ertoe om dit artikel opnieuw te lezen. Ik schreef het een aantal jaren geleden, maar nooit is het onderwerp relevanter geweest dan op dit late uur van het Kerkelijk Tijdperk.

We staan op het punt om onze Heer in Zijn alwetende ogen te kijken wanneer Hij gelovigen in Zijn aanwezigheid roept tijdens de Opname. Wat betekent het om “waardig” te zijn in de heilige ogen van onze God?...

E-mails en artikelen die ik de laatste tijd ontvang, gaan in de richting van de gedachte dat christenen die geen voorbeeldig leven leiden als gelovigen niet zullen worden opgenomen in de Opname van de Gemeente, als ze niet volledig “tot inkeer gekomen” zijn en klaar om te gaan. Zij zullen “achterblijven”, zoals de titel van de roman van LaHaye en Jenkins het verwoordt. Allereerst is het misschien het beste om te overwegen wat er bedoeld wordt met het “voorbeeldige leven” als het gaat om de voorwaarden om met de Opname in de hemel te komen.

Degenen die erop staan dat iemand een voorbeeldig leven moet leiden, omschrijven dat meestal als “een heilig leven leiden” of “rechtvaardig leven”. Ik neem aan dat ze hiermee meestal bedoelen dat men “goede werken” moet doen in plaats van het leven te leiden op de “brede weg” waarlangs de wereld van voetgangers zich beweegt. Ik ben het er natuurlijk mee eens dat de wedergeboren gelovige in de Heer Jezus Christus precies dat elke dag zou moeten doen. Het staat buiten kijf dat Gods Woord ons oproept tot dat model voor het leven op deze gevallen planeet.

Maar nu wordt de vraag opgeworpen - en deze vraag is nauw verwant aan de vraag die telkens wordt opgeworpen wanneer wordt verklaard dat iemand zijn verlossing kan verliezen: Op welk punt “verliest” iemand zijn verlossing? Welk specifiek “zonde-punt” wordt bereikt dat ervoor zorgt dat de verlossingsmeter in de hemel op “TILT” gaat, waardoor de naam van de zondaar uit het boek des levens van het Lam wordt verwijderd? Of, voor onze doeleinden hier, op welk punt zondigt iemand genoeg om van de lijst te worden gehaald van degenen die kaartjes hebben voor de Hemel, die zullen worden opgnomen om bij Jezus Christus te zijn in die milliseconde die bekend staat als het “knipperen van een oog” wanneer Jezus roept: “Komt hierheen!” (Openbaring 4:1-2)?

Zij die geloven dat de namen van de verlosten uit het boek des levens van het Lam kunnen worden verwijderd, gebruiken natuurlijk de volgende Schrifttekst als bewijs dat hun standpunt waar is: “Wie overwint, die zal met witte klederen worden bekleed; en Ik zal zijn naam niet uitwissen uit het boek des levens, maar Ik zal zijn naam belijden voor mijn Vader en voor zijn engelen” (Openbaring 3:5).

Dit is het bewijs, zeggen de “voorstanders van voorwaardelijke zekerheid”, dat iemands naam kan worden verwijderd uit het Boek des Levens. Maar laten we eens van dichterbij bekijken of dit waar is.

Degenen die beweren dat de naam van gelovigen uit dit gezegende Boek des Levens kan worden verwijderd, houden vol dat de wedergeborene de zonde moet “overwinnen”. In hun geloofswoordenboek betekent dit dat we zondevrij moeten blijven-dat wil zeggen, boven de zonde moeten leven of voortdurend “tot inkeer moeten komen” om onze namen in het Boek te houden.

Ze slaan de plank volledig mis als het gaat om wie er eigenlijk overwint. Het is niet de gelovige die alle zonde overwint, maar de Heer Jezus die stierf om de zonde weg te nemen van hen die geloven, zodat we niet langer gescheiden zijn van God de Vader in eeuwige zin. Dit zien we bijvoorbeeld in het volgende: “Want al wat uit God geboren is, overwint de wereld; en dit is de overwinning, die de wereld overwint, namelijk ons geloof. Wie is het die de wereld overwint, dan wie gelooft dat Jezus de Zoon van God is?” (1 Johannes 5:4-5).

Het eenvoudige geloof in de Verlosser die de zonden van de wereld wegneemt, maakt ons tot overwinnaars. We zondigen nog steeds en komen tekort voor de glorie van God, maar Zijn kostbare bloed dat op Golgota werd vergoten, bedekt al onze zonden - zonden uit het verleden, het heden en de toekomst. We overwinnen de wereld, het vlees en de duivel - alle zonde in deze aardse sfeer - alleen door te geloven in de eniggeboren Zoon van God (Johannes 3:16). We kunnen alleen overwinnen door Gods grote genade, door geloof. We kunnen nooit uit eigen kracht overwinnen.

Als we zondigen, verbreken we de gemeenschap met onze Heer, maar we verbreken nooit de eeuwige familierelatie. We doen het volgende om stappen te ondernemen om de zondige breuk in de gemeenschap die we hebben veroorzaakt goed te maken. Ten eerste moeten we beseffen en toegeven dat we niet zondeloos zijn, omdat we pas echt berouw kunnen hebben als we belijden dat we gezondigd hebben. Op zo'n belijdenis en berouw is een gezegende remedie gegeven: “Als we zeggen dat we geen zonde hebben, bedriegen we onszelf en is de waarheid niet in ons. Indien wij onze zonden belijden, Hij is getrouw en rechtvaardig, om ons de zonden te vergeven en ons te reinigen van alle ongerechtigheid” (1 Johannes 1:8-9).

God's Woord laat ons zien dat onze verlossing en ons vermogen om te overwinnen volledig is gebaseerd op wat Christus voor ons heeft gedaan en ons geloof in Hem alleen. Dit brengt ons bij de kwestie van “Opname waardig zijn”.

Naar Christus gaan wanneer Hij roept, zoals Paulus schetst in 1 Korintiërs 15:51-55 en 1 Tessalonicenzen 4:13-18, en gegeven door Johannes in Openbaring 4:1-2, is een verlossingskwestie. We weten dat uit de algemene evangelieboodschap en uit de totale context van Gods omgang met Zijn gezin. Weet je nog dat Jezus dat prachtige gebed tot Zijn Vader bad, toen de Heer voor het kruis stond (Johannes 17)? Lees het nog eens en je zult zien dat het absoluut duidelijk is dat wedergeboren gelovigen voor altijd veilig zijn in de hand van de Vader, gebaseerd op wat Jezus aan het kruis deed.

We weten met absolute zekerheid dat we eens en voor altijd in Gods familie zijn vanwege de woorden van Degene die alles wat bestaat heeft geschapen: “Mijn Vader, die Mij gegeven heeft, is groter dan allen en niemand kan ze uit de hand van mijn Vader roven” (Johannes 10:29).

Paulus bevestigt als volgt dat de Opname een kwestie van redding is: “Want God heeft ons niet bestemd tot toorn, maar tot zaligheid door onze Heer Jezus Christus, die voor ons gestorven is, opdat wij, hetzij wij waken, hetzij wij slapen, samen met Hem zouden leven. Daarom troost u samen en voedt elkaar op, zoals ook gij doet” (1 Tessalonicenzen 5:9-11).

De Opname zal zijn als Christus ons bewaart voor de ure der verzoeking of Verdrukking (lees Openbaring 3:10). De Verdrukking is de tijd van Gods toorn, waarvan Paulus ons vertelt dat we daartoe “niet zijn aangesteld”. Er zijn echter velen die volhouden dat Christenen die hun zonden niet op de juiste manier hebben beleden door die tijd van Gods toorn zullen gaan (en de hele zeven jaar van de Verdrukking zullen Gods oordeel en toorn zijn). Zij gebruiken het volgende vers om hun zaak te bepleiten: “Waakt dan en bidt altijd, opdat gij waardig geacht wordt al deze dingen, die geschieden zullen, te ontgaan en te staan voor het aangezicht van de Zoon des mensen” (Lucas 21:36).

Het sleutelwoord dat hier volgens hen relevant is, is het woord “waardig”. Betekent dit woord niet dat wij als wedergeboren gelovigen goed genoeg moeten zijn om voor Jezus te staan in die opgestane menigte? Betekent dit woord daarom niet dat als we niet aan Gods normen voldoen terwijl we op deze aarde zijn, we (op een bepaald punt in Gods heilige kijk op wat er nodig is om niet klaar voor de opname te zijn) ons ticket in dat vertaalmoment zullen verliezen, en dus niet zullen worden meegenomen als er geroepen wordt: “Kom hierheen!”?

Net als bij het onderzoeken van de kwestie van verlossing, kijken we nu naar de term “overwinnen” en kijken we naar het woord “waardig”. Wat betekent het om “waardig” te zijn, zoals in dit voorbeeld van Opname? Opnieuw is het antwoord verpakt in dezelfde naam als voorheen: “Jezus.” Jezus is de enige persoon die in Gods heilige ogen “waardig” is om in het hemelse rijk te zijn.

Weet je nog wat Jezus zei tegen een man die Hem aansprak als “Goede Meester”? “En Jezus zei tegen hem: Waarom noemt u mij goed? Niemand is goed, behalve één, namelijk God” (Lucas 18:18).

Jezus, de tweede persoon van de Godheid, wilde de man niet straffen omdat hij Hem zo aansprak. De Heer bevestigde door deze vraag dat Hij inderdaad God is, het enige goede, de enige gerechtigheid. Gerechtigheid is het enige ticket naar de hemel - ofwel door de poort van de dood, ofwel door de Opname. Alleen door Jezus - opnieuw geboren worden in Gods familie door in Hem te geloven - kan iemand het hemelse rijk binnengaan.

Jezus sprak tot Nicodemus over deze zo belangrijke kwestie: “Jezus antwoordde en zeide tot hem: Voorwaar, voorwaar zeg Ik u: Tenzij iemand wederom geboren wordt, kan hij het Koninkrijk Gods niet zien” (Johannes 3:3).

God's Woord zegt over de gevallen mensheid: “Er staat geschreven: Er is niemand rechtvaardig, niet één” (Romeinen 3:10) en: “Want allen hebben gezondigd en komen tekort aan de heerlijkheid van God” (Romeinen 3:23).

Jezus is dus de enige persoon die “waardig” is om de hemel binnen te gaan. Het is door Hem dat ieder van ons waardig is om voor Hem te staan in dat hemelse rijk. Dat is de waarheid die in de Schrift in kwestie wordt gevonden.

Op een minder prachtige schaal betekent het woord “waardig” in deze passage dat we in een constante mindset van biddend berouw moeten zijn. We moeten altijd “waardig” bevonden willen worden - gereinigd van alle ongerechtigheid, zoals in 1 Johannes 1:9 staat, zodat we onze Heer op die dag tegen ons horen zeggen: “Goed gedaan, goede en trouwe dienaar” (Matteüs 25:23).

Bron: On Being Rapture Worthy « Terry James Prophecy Line