www.wimjongman.nl

(homepagina)


HET TOEKOMSTIGE HERSTEL VAN ISRAËL ILLUSTREERT DE DUURZAAMHEID VAN ONZE VERLOSSING

5 februari 2024 door Janathan Brentner/p>

()

Jaren geleden speelde Johnny Carson vaak de rol van "Carnac the Magnificent" in de Tonight Show. Ed McMahon las dan drie woorden of zinnen voor die ogenschijnlijk niets met elkaar te maken hadden, waarop Carson dan antwoordde met een vraag die de drie woorden of zinnen op een onverwachte en humoristische manier samenbracht. Ik hield van dat deel van de show.

Als je ver buiten de gebaande paden denkt, hoe zou Carnac dan hebben gereageerd op "Rooms-katholicisme, rechtvaardiging en vervangingstheologie? Ik heb geen slim of geestig antwoord dat deze drie onderwerpen met elkaar verbindt. Maar ik geloof dat ze ons samen leiden naar een dieper begrip van wat de Bijbel zegt over Gods toekomstige herstel van een koninkrijk voor Israël.

Hoewel ik me niet bewust was van zo'n verband toen ik mijn masterscriptie schreef, Rooms-katholieke rechtvaardiging in het licht van de Schrift, was dit het begin van hoe de Heer de punten verbond tussen Paulus' onderwijs over rechtvaardiging door geloof en Gods belofte om een koninkrijk voor Israël te herstellen.

GODS BESLUIT VAN "NIET SCHULDIG" KAN NOOIT WORDEN TERUGGEDRAAID. NOOIT!

Het woord "rechtvaardiging" betekent Gods wettelijke verklaring van "niet schuldig" aan iedereen die de Heer aanroept in reddend geloof. In de tijd van Paulus verwees de term naar een uitspraak van onschuld in een rechtszaal. Voor ons betekent de uitspraak het inruilen van onze zonden voor de gerechtigheid van Jezus (2 Korintiërs 5:21).

Zodra God de zondaar rechtvaardig verklaart in Zijn ogen, zal die persoon een glorieuze eeuwigheid ontvangen (zie Romeinen 8:29-30). Niets kan de voltooiing van onze verlossing tegenhouden zodra Hij ons voor altijd "onschuldig" verklaart. Het is een uitgemaakte zaak! God heeft verklaard dat je voor altijd "niet schuldig" bent aan al je zonden, zelfs aan de zonden die je nog moet begaan.

De Bijbel bevestigt ook dat onze rechtvaardiging plaatsvindt op het moment van onze wedergeboorte: "Daarom hebben wij, gerechtvaardigd door het geloof, vrede met God door onze Heer Jezus Christus" (Romeinen 5:1; zie ook Titus 3:4-7). Wat zou het voor zin hebben dat Paulus ons verzekert dat het onmogelijk is dat iemand of iets Zijn uitspraak over onze gerechtigheid tenietdoet als dit niet al gebeurd was? (Romeinen 8:31-39)

Door het onderzoek voor mijn scriptie ontdekte ik dat de timing van rechtvaardiging een fundamenteel verschil werd tussen de Reformatoren en de Rooms-Katholieke Kerk. De katholieke theologen hielden vol dat Gods rechtvaardiging van de zondaar pas plaatsvond op het moment van zijn of haar dood. Dit stelde de kerk in staat om sacramenten op te leggen waardoor alleen zij genade kan toedienen en zo de kans te vergroten dat iemand aan het einde van zijn leven een gunstig oordeel krijgt. De Reformatoren geloofden wat de Schrift zei en weigerden in deze zaak compromissen te sluiten.

Het idee dat we onze verlossing kunnen verliezen, of ervan weg kunnen lopen, komt overeen met het rooms-katholieke begrip van rechtvaardiging en niet met waar Paulus in Romeinen 4-8 over schrijft. Als we niet eeuwig zeker zijn op het moment van onze wedergeboorte, dan hangt onze uiteindelijke rechtvaardiging af van ons gedrag, wat rooms-katholicisme 101 is.

Hoe is het mogelijk dat "dubbele vervolging" bestaat in Gods rechtszaal als Hij alles over ons wist, inclusief alles over onze toekomst, op het moment dat Hij ons voor altijd "onschuldig" verklaarde?

ALS ONZE RECHTVAARDIGING BLIJVEND IS, DAN MOETEN GODS BELOFTEN AAN ISRAËL OOK EEUWIG ZIJN

Toen ik aan mijn proefschrift werkte, gaf een van mijn professoren aan het Talbot Theological Seminary mij de opdracht om The Triumph of the Crucified van Erich Sauer te lezen. Dit boek werd al snel een hulpmiddel om mijn geloof in het Premillennialisme te laten stollen, het geloof dat Jezus duizend jaar lang over de naties op aarde zal regeren, zoals de Apostel Johannes ons vertelt dat Hij dat zal doen (Openbaring 20:1-10). Het boek opende mijn ogen voor de Bijbelse verbinding tussen de onveranderlijke aard van Gods rechtvaardiging van de zondaar en Zijn onherroepelijke verbondsbeloften aan de natie Israël.

Heb je je ooit afgevraagd waarom Paulus overging van het bevestigen van de eeuwige aard van onze rechtvaardiging (Romeinen hoofdstuk 8) naar het besteden van drie hoofdstukken om uit te leggen waarom God de natie Israël niet heeft verworpen? De uitleg die Erich Sauer geeft voor de redenering van de apostel resoneert nog steeds in mijn gedachten:

De kwestie van het Duizendjarig Rijk is daarom niet alleen een kwestie van definitieve geschiedenis, maar raakt tegelijkertijd het hart van het evangelie (vrijheid van wet, universaliteit van het evangelie, gave door genade). Door dit te ontkennen maakt het God tot een leugenaar in relatie tot Zijn profeten of Paulus als een valse getuige in relatie tot ons. Rom. 9-11 is niet zomaar een rechtvaardiging van God, maar een rechtvaardiging van Paulus' doctrine van rechtvaardiging.[1]

Weet alstublieft dat ik niet zeg dat alle Joodse mensen automatisch het eeuwige leven zullen beërven. In Romeinen, hoofdstukken 9-11, verklaart Paulus de onfeilbare aard van Gods beloften aan Israël als natie met de toegevoegde zekerheid dat veel Joden zich op een dag in reddend geloof tot Jezus zullen keren.

Ik geloof dat dit de cruciale link is tussen rechtvaardiging en Gods herstel van een koninkrijk voor Israël: Net zoals het volkomen onmogelijk is voor de Heer om van gedachten te veranderen over Zijn verklaring van onze rechtvaardige status in Zijn ogen, zo kan Hij ook nooit terugkomen op Zijn verbonden met mensen zoals Abraham, Izaäk en Jakob.

Zelfs een vluchtige lezing van het Oude Testament onthult dat God alles wist van Israëls afwijzing van Zijn Zoon toen Hij de natie een glorieus koninkrijk beloofde. Net zoals de Heer Zijn verklaring van gerechtigheid over ons niet kan terugdraaien op basis van wat Hij op dat moment al wist, zo is het ook onmogelijk voor God om terug te komen op Zijn beloften aan de nakomelingen van Jakob op basis van wat Hij wist op het moment dat Hij de beloften aan hen deed.

Zowel onze hoop op heerlijkheid als Israëls verwachting van een nog toekomstig koninkrijk rusten op de onveranderlijke aard van Gods Woord. Het ontkennen van één van beide maakt Hem veel minder dan betrouwbaar.

DE SCHRIFT MOET HET LAATSTE WOORD HEBBEN IN ALLE DINGEN

Sommigen zouden bezwaar kunnen maken tegen mijn redenering door te stellen dat de Reformatoren zelf de leer van Paulus over rechtvaardiging door geloof correct begrepen en toch onderwezen zij de Vervangingstheologie, het geloof dat de Heer Israël heeft verworpen en de natie heeft vervangen door de kerk, die Zijn huidige koninkrijk op aarde vertegenwoordigt.

In antwoord hierop zou ik willen zeggen dat wat ik tot nu toe heb geschreven niet afhangt van de overtuigingen van Luther en Calvijn, maar eerder van wat de Schrift zegt.

Bovendien onthult de kerkgeschiedenis dat de passie van de Reformatoren om Gods Woord voor zichzelf te laten spreken leidde tot een wijdverspreide heropleving van het geloof dat de Heer Israël zou herstellen naar het Land.

Ze onderwezen de finaliteit van Gods Woord in alles wat met geloof en praktijk te maken heeft door middel van deze twee principes:

  1. Sola Schrift: De Bijbel alleen moet onze enige bron zijn voor geloof en praktijk.

  2. De Schrift interpreteert de Schrift: Omdat Gods Woord zichzelf niet tegenspreekt, moeten we de duidelijkere passages van de Schrift gebruiken om de minder duidelijke te interpreteren.

Tijdens de donkere middeleeuwen rustte de katholieke theologie met betrekking tot zowel Gods rechtvaardiging van de zondaar als de vervangingstheologie uitsluitend op menselijke wijsheid in plaats van op de woorden van de Schrift. Hoewel de Reformatoren hun eigen principes van Bijbelse interpretatie niet toepasten op toekomstige dingen, deden degenen die na hen kwamen dat wel.[2]

In zijn boek Dispensationalism Before Darby geeft Dr. William C. Watson een lijst van eenentwintig theologen die tussen 1584 en 1675 ofwel een geloof in Israëls herstel en de toekomstige terugkeer van de natie naar het Land bevestigden of de noodzaak benadrukten om van het Joodse volk te houden omdat zij Gods uitverkoren ras bleven. [3] In zijn academische tocht door de kerkgeschiedenis geeft de auteur een overvloed aan citaten van mensen die een verschijning van Jezus vóór de Openbaring en Zijn duizendjarige heerschappij omhelsden, zowel in de eerste eeuwen van de kerk als in de eeuwen na de Reformatie.

In een recent artikel, "De rabbijn die Israëls zoektocht naar het land aanwakkerde", schreef ik over hoe het enthousiasme voor Israëls terugkeer naar het land door Engeland raasde aan het begin van de jaren 1600, minder dan honderd jaar na de Reformatie. Het verhaal van de rabbijn, dat afkomstig is uit het onderzoek van Dr. Watson, laat zien hoe Bijbelgelovige kerken de Vervangingstheologie in de decennia na de Reformatie overboord gooiden.

De argumenten die ik in mijn proefschrift gebruikte om het Rooms-Katholieke begrip van rechtvaardiging te weerleggen, berustten uitsluitend op de foutloze en geïnspireerde woorden van de Schrift. Als we correct willen begrijpen wat de Bijbel leert over toekomstige dingen, moeten we dezelfde houding aannemen ten opzichte van de profetische teksten.

Is het niet het toppunt van inconsistentie om te vertrouwen op de woorden van de Schrift over onze verlossing en vervolgens dezelfde geïnspireerde woorden over het herstel van Israël te voorzien van menselijke wijsheid? Komen ze niet allebei tot ons door de inspiratie van dezelfde Heilige Geest via woorden die op de bladzijden van Gods Woord staan?

VERVANGINGSTHEOLOGIE VERHEERLIJKT DE KERK IN PLAATS VAN JEZUS

Als er één patroon consistent blijft in de rooms-katholieke leer over rechtvaardiging en vervangingstheologie, dan is het wel de verheerlijking van de kerk ver boven de persoon van Jezus.

De plaatsing van rechtvaardiging aan het einde van iemands leven maakt de kerk, in plaats van Jezus, het belangrijkste brandpunt van iemands hoop op eeuwig leven. Het opleggen van sacramenten als het middel van de katholieke kerk om genade te schenken is slechts één voorbeeld van hoe deze dwalende kijk op het evangelie de kerk verheft ten koste van de eer die uitsluitend Jezus toekomt.

Dit gebeurt ook wanneer voorgangers verkondigen dat de kerk nu Gods koninkrijk op aarde is en een glorieus herstel voor Israël in de toekomst ontkennen.

Degenen die de vervangingstheologie aanhangen vertellen ons dat Jezus nu over de naties op aarde regeert in vervulling van de vele verzekeringen in de Bijbel dat Hij op een dag over de naties zou regeren vanaf de berg Sion (Psalmen 2 en 46, bijvoorbeeld). Niet alleen is zo'n leer direct in tegenspraak met de woorden van de Schrift, maar het is ook een grote vernedering van de persoon van onze Heer Jezus, zoals ik in een recente blogpost uitleg: "De bewering dat Jezus nu over de naties regeert onteert onze Heiland".

De populairste variant van de vervangingstheologie is tegenwoordig de dominiontheologie, het geloof dat de kerk, en niet Jezus, het millennium zal inluiden en dat de Heer aan het einde van het millennium zal terugkeren. Met andere woorden, alle grootsheid van het koninkrijk zal naar de kerk gaan en Jezus zal verschijnen als bijzaak van de aardse heerschappij die door de glorieuze kerk wordt gevestigd. Het is tragisch hoeveel christenen zo'n schaamteloze toe-eigening van Jezus' glorie onderschrijven.

Preterisme, het geloof dat de wederkomst plaatsvond in 70 na Christus, komt rechtstreeks voort uit concurrerende standpunten over vervangingstheologie tijdens de donkere middeleeuwen. In reactie op de identificatie van de paus als de antichrist door de Reformatoren stelde een jezuïtische priester met de naam Luis de Alcazar (1554-1613) het preterisme voor als alternatief voor het protestantse geloof dat het boek Openbaring alleen maar ging over de afval van de katholieke kerk. Niet alleen plaatste Alcazar de terugkeer van Jezus naar de aarde in het verleden, maar hij schreef de woorden van Openbaring 20-22 ook toe aan de "glorie van het pauselijke Rome."[4]

Hoewel de hedendaagse preteristen geen eer toeschrijven aan het pauselijke Rome, kapen ze de glorie van Jezus door Hem te verwijderen als het brandpunt van de hoop van de gelovige. Ik zeg dit op basis van zowel het bestuderen van hun overtuigingen als het zorgvuldig luisteren naar degenen die beweren aanhangers te zijn van het preterisme.

Bijbels gezonde leerstellingen, of het nu gaat over het evangelie of over toekomstige dingen, zijn die leerstellingen die Jezus verheerlijken en onze hoop op eeuwig leven uitsluitend op Hem vestigen.

Onze tegenstander doet er alles aan om de grootsheid van de Heer naar zich toe te trekken en ervoor te zorgen dat wij onze hoop op het eeuwige leven alleen op onszelf richten. Hij heeft dit gedaan door middel van rooms-katholieke overtuigingen die onze rechtvaardiging plaatsen op het moment van onze dood en vervangingstheologie die Jezus' heerschappij over de naties veel, veel minder glorieus maakt dan wat de woorden van de Schrift ons erover vertellen.

De onmiddellijke verwachting van gelovigen in de tijd van het Nieuwe Testament was de verschijning van Jezus (Filippenzen 3:20-21). Hetzelfde geldt vandaag.

Opmerking: In Hereafter, It's Far Better Than You Can Imagine beschrijven Terry James en ik de toekomstige heerlijkheid die ons als gelovigen te wachten staat, te beginnen met de verschijning van Jezus om ons mee naar huis te nemen. Van begin tot eind benadrukken we de jubelende vreugde die ons in de hemel te wachten staat. Het laatste hoofdstuk bevat zevenentwintig veelgestelde vragen en antwoorden met betrekking tot de hemel en onze ervaring daar.


[1] Erich Sauer, De triomf van de verlosten (Grand Rapids: Eerdmans, 1951). p. 150.

[2] In mijn artikel The Unbiblical Basis of Amillennialism (De onbijbelse basis van het amillennialisme) geef ik belangrijke redenen waarom de Reformatoren er niet in slaagden hun eigen principes met betrekking tot de finaliteit van de woorden van de Schrift toe te passen op de kwestie van Bijbelprofetie).

[3] William C. Watson, Dispensationalism Before Darby (Navasota, TX, Lampion House Publishing, 2023), p. 45.

[4] David R. Reagan, The Fallacy of Preterism, een paper gepubliceerd door de According to Prophecy Ministries.

Bron: Israel’s Future Restoration Illustrates the Permanence of Our Redemption — Jonathan Brentner