www.wimjongman.nl

(homepagina)


HEILIGE BELOFTEN EN ONZE HOOP OM JEZUS IN DE LUCHT TE ONTMOETEN

22 augustus 2023 door Jonarhan Brentner

()

Onze hoop en troost in deze gevaarlijke tijden begint en eindigt met Gods verbazingwekkende genade. Het is allemaal dankzij Jezus dat de zegeningen van Efeziërs 1:3-14 ons nu en voor altijd toebehoren. Ik houd van de zekerheid van verzen 7-8, die wijzen op de voltooiing van onze verlossing:

In Wie wij de verlossing hebben door Zijn bloed, de vergeving der zonden, naar de rijkdom Zijner genade; Waarin Hij ons overvloedig is geworden in alle wijsheid en voorzichtigheid. (KJV)

Het is gemakkelijk om verstrikt te raken in onze glorieuze toekomst en Gods grote verlossingsplan over het hoofd te zien, dat dit alles voor ons mogelijk maakt. De woorden van 2 Korintiërs 5:21 blijven me verbazen. Jezus droeg niet alleen de straf voor onze zonden aan het kruis, maar wij worden de "gerechtigheid van God" op het moment van onze verlossing. Is dit niet het beste nieuws ooit?

Middenin de beschrijving van redding uit genade alleen door geloof in Efeziërs 2:1-10 komen we in vers 7 deze wonderbaarlijke uitstorting van Gods grote liefde voor ons tegen:

Opdat Hij in de toekomende eeuwen de buitensporige rijkdom van Zijn genade zou kunnen tonen in Zijn goedertierenheid jegens ons, door Christus Jezus. (KJV)

Is het een wonder dat we naar de Opname verlangen? Het markeert het begin van onze nooit eindigende ervaring van God die Zijn goedheid over ons uitstort. Dat moet veel beter zijn dan onze ervaring in deze wereld.

HEILIGE BELOFTEN

Hoe weten we, nu we de wereld steeds gewelddadiger en wettelozer zien worden, dat de Heer ons zal redden voordat de wereld het volle gewicht van Gods toorn voelt? Wat als we niet met de Heer wandelen op het moment dat Hij verschijnt? Zullen we Jezus dan nog steeds ontmoeten in de lucht?

1 Tessalonicenzen 5:1-10 beantwoordt deze vragen voor ons. Voor ons in Christus is het een passage die druipt van Gods barmhartigheid en liefde voor ons als nieuwtestamentische heiligen.

Meer nog, deze verzen baseren onze hoop op heilige beloften die rechtstreeks voortvloeien uit Gods overvloedige uitstorting van Zijn onfeilbare genade over ons.

1. DE HEER BELOOFT ONS TE REDDEN VOOR HET BEGIN VAN DE DAG VAN DE HEER

De eerste zekerheid die Paulus ons in deze passage geeft, is dat de Opname zal plaatsvinden voordat de dag van de toorn van de Heer op deze wereld neerdaalt. 1 Tessalonicenzen 5:9 maakt dit duidelijke onderscheid:

Want God heeft ons niet bestemd tot toorn, maar tot het verkrijgen van redding door onze Heer Jezus Christus,

De "toorn" die Paulus in dit vers noemt is niet die van de hel, maar eerder die van de Dag des Heren. In verzen 1-3 verwijst Paulus naar de "plotselinge vernietiging" die de wereld zal overvallen aan het begin van deze tijd van Gods toorn die door talloze profeten in het Oude Testament wordt beschreven.

De profeet Jesaja schreef bijvoorbeeld over een tijd waarin een groot deel van de wereldbevolking zou vergaan (13:9-12). Zefanja zegt dit over de komende dag: "Een dag van toorn is die dag, / een dag van benauwdheid en angst, / een dag van verderf en verwoesting, / een dag van duisternis en somberheid, / een dag van wolken en dikke duisternis (1:15).

De verlossing waarover Paulus schrijft in 1 Tessalonicenzen 5:9 is niet die van onze wedergeboorte, maar die van onze bevrijding uit deze tijd van terreur over de wereld. Meer dan veertig jaar later beschreef de apostel Johannes deze "Dag des Heren" oordelen verder in Openbaring 6-18.

Met alle branden die met opzet zijn aangestoken om huizen te verwoesten en mensen te doden, de catastrofale wereldwijde overstromingen en alle geruchten over een dreigende kernoorlog, zouden sommigen in de verleiding kunnen komen om wanhopig te worden en te denken dat de Verdrukkingsperiode al is aangebroken. Daarom is de belofte van 1 Tessalonicenzen 5:9 zo bemoedigend. We weten dat het nog niet begonnen is.

Wat we vandaag zien zijn voorlopers van de verschrikkelijke Dag des Heren die zo dichtbij is. Ze vertellen ons als gelovigen dat de verschijning van Jezus zo dichtbij is. Ze waarschuwen degenen buiten Christus dat Gods felle oordeel over deze wereld op handen is.

2. DE HEER ZAL ALLE GELOVIGEN NAAR DE HEMEL BRENGEN

Wat ook zo geruststellend is, is de tweede belofte die we vinden in 1 Tessalonicenzen 5:10, die voortkomt uit Gods genade: "... die voor ons gestorven is, opdat wij, of we nu wakker zijn of slapen, met Hem zouden leven."

Dit vers verzekert ons dat Jezus geen enkele heilige zal achterlaten wanneer Hij voor ons komt. Laat me uitleggen hoe ik tot die conclusie kom.

In 1 Tessalonicenzen 4:13-18 maakt Paulus onderscheid tussen levende en dode heiligen. Hierdoor nemen velen aan dat hij hetzelfde onderscheid in gedachten heeft in 1 Tessalonicenzen 5:10. Maar de apostel heeft iets anders in gedachten.

De apostel heeft echter iets anders in gedachten met vers 10; de woorden die hij gebruikt voor "wakker zijn" en "slapen" verschillen van de woorden die hij gebruikte in 1 Tessalonicenzen 4:15-17. Ze komen dus veel dichter in de buurt van de woorden "wakker zijn" en "slapen". Als zodanig sluiten ze veel nauwer aan bij de voorgaande verzen die onderscheid maken tussen degenen die geestelijk wakker zijn en degenen die slapen in hun wandel met de Heer.

Het Griekse werkwoord dat Paulus gebruikt voor "wakker" in vers 10 is gregoreo, een woord dat morele alertheid aanduidt. In 5:4-8 gebruikt Paulus dit woord samen met het woord "nuchter" om het idee weer te geven van matigheid in onze wandel met de Heer versus dronkenschap of zorgeloosheid. "Laten we dan niet slapen, zoals anderen doen, maar laten we wakker blijven en nuchter zijn" (vers 6).

Jezus gebruikte het woord gregoreo in Matteüs 24:42 en Marcus 13:35 om waakzaamheid voor Zijn terugkeer aan te duiden.

Het woord dat Paulus gebruikt voor gelovigen die "slapen" in 5:10 is katheudo. Dit woord verwijst meestal naar iemand die fysiek slaapt, niet dood is. Van de 22 keer dat dit woord in het Nieuwe Testament voorkomt, verwijst het slechts één keer naar iemand die was gestorven en toen gebruikte Jezus het woord om te verwijzen naar het meisje dat Hij wilde opwekken uit de dood. In 1 Tessalonicenzen 4:17 gebruikt Paulus een ander Grieks woord, zao, om te verwijzen naar levende heiligen op het moment van de opname.

In 1 Tessalonicenzen 5:4-8 gebruikt de apostel katheudo om gelovigen aan te duiden die slapen in hun wandel met de Heer (v. 6) en contrasteert hen met de nuchtere heilige, of degene die gregoreo is.

Gebaseerd op Paulus' gebruik van dezelfde woorden in de voorafgaande context en in 1 Tessalonicenzen 5:10, weten we dat zijn verwijzing naar gelovigen die "wakker" en "in slaap" zijn veel anders is dan 1 Tessalonicenzen 4:13-17. Het leidt ons tot deze prachtige zekerheid:

Wanneer de Heer voor Zijn gemeente komt, zal Hij iedereen meenemen die geestelijk alert is en ook iedereen die slaapt in zijn wandel met Hem.

Vanwege wat het Nieuwe Testament ons vertelt over de Oordeelsstoel van Christus en onze beloningen, weten we dat het gunstiger zal zijn voor degenen wier levens zijn gekenmerkt door geestelijke waakzaamheid in plaats van voor zichzelf te leven. Maar de Heer zal geen van beiden achterlaten om Zijn toorn tijdens de Verdrukking te ondergaan. Als we "in Christus" zijn, garanderen we onze hemelse reis wanneer Hij verschijnt.

Ik ben dankbaar dat de Opname niet in mijn verleden heeft plaatsgevonden, tijden die ik nu diep betreur vanwege mijn gebrek aan vertrouwen in Hem en zelfs mijn boosheid op Hem. Maar ik zou Jezus net zo hebben ontmoet in de lucht met het onsterfelijke en onvergankelijke lichaam dat Hij mij een kort moment eerder had gegeven.

BEN JIJ KLAAR VOOR DE OPNAME?

Ik sluit af op dezelfde manier als de geliefde profetie-expert Daymond Duck al zijn artikelen op de website Rapture Ready afsluit: "Ben jij klaar voor de opname?

De heilige beloften hierboven zijn van toepassing op hen die in Christus zijn. Zij die door geloof hun vertrouwen hebben gesteld in Jezus alleen voor de vergeving van hun zonden en het ontvangen van eeuwig leven (Efeziërs 2:8-9).

1 Johannes 5:11-12 wijst naar Jezus als de enige reden voor onze hoop op eeuwig leven en dus met ons inbegrepen in de Opname:

En dit is het getuigenis, dat God ons eeuwig leven gegeven heeft, en dit leven is in zijn Zoon. Wie de Zoon heeft, heeft het leven; wie de Zoon van God niet heeft, heeft het leven niet.

Jezus alleen is de reden van onze hoop en de enige focus van onze vurige verwachting van heerlijkheid. In de nacht voordat Hij voor onze zonden aan het kruis stierf, zei Hij: "Ik ben de weg, de waarheid en het leven. Niemand komt tot de Vader dan door mij" (Johannes 14:6).

Als jij je vertrouwen nog niet in Jezus hebt gesteld, kijk dan eens naar mijn artikel Jezus is de enige weg naar het eeuwige leven. Daarin leg ik uit hoe je kunt weten dat God je zonden heeft vergeven en dat je eeuwig leven bezit.

Wacht niet te lang; roep Jezus aan nu het nog kan! Morgen kan het te laat zijn. Ja, mensen zullen zich tijdens de verschrikkelijke Verdrukking tot de Heiland keren en eeuwig leven ontvangen, maar je wilt zulk lijden niet riskeren.

Ik geef een gedetailleerde verdediging van het standpunt van de Pre-Verdrukking in het boek: The Triumph of the Redeemed-An eternal Perspective that Calms Our Fears in Perilous Times. Aan de hand van een overvloed aan citaten toon ik aan dat het geloof in een duizendjarige heerschappij van Jezus de kerk domineerde gedurende haar eerste driehonderd jaar. De historische kijk op het millennium is een letterlijke kijk op Openbaring 20:1-10 die het tussen de Verdrukking en de eeuwige staat plaatst. Er bestaat niet zoiets als een "historisch premillennialisme" dat een letterlijke interpretatie van deze tekst ontkent.

Bron: Sacred Promises and Our Hope of Meeting Jesus in the Air — Jonathan Brentner