www.wimjongman.nl

(homepagina)


De standaard beleidsoptie: Chaos

Professor Efraim Inbar - 26 januari 2023

De chaos in de gebieden vormt een veiligheidsprobleem voor Israël, maar dat probleem is minder acuut als de Palestijnse milities die concurreren met elkaar en om invloed strijden.

Een van de uitdagingen van de nieuwe regering is de mogelijke ineenstorting van de Palestijnse Autoriteit (PA), waardoor de veiligheidssituatie verslechtert. Abu Mazen (Mahmoud Abbas), de leider van de PA, lijkt niet in staat om effectief te regeren, dat wil zeggen, een minimum aan recht en orde te handhaven in de gebieden onder zijn controle. Hij verloor Gaza aan Hamas in 2007, en we zien nu dat de "Libanonisering" van de PA plaatsvind op de Westelijke Jordaanoever: de opkomst van een groot aantal gewapende groepen, waarvan sommige slechts een beperkte loyaliteit aan de PA tonen, en andere, vooral de islamisten, proberen het huidige regime te ondermijnen. Bovendien heeft de verslechterende economische situatie als gevolg van jaren van afnemende internationale hulp, onhoudbare overheidspatronage en een twijfelachtig fiscaal beleid de Palestijnse regering en de banksector aan de rand van het faillissement gebracht, waardoor het gezag en de legitimiteit van de PA verder zijn aangetast.

De Palestijnse Autoriteit slaagt er steeds minder in elementair bestuur te bieden, waardoor de Palestijnse elite in brede kring wordt gezien als corrupt en autoritair. Het is goed mogelijk dat de PA uiteenvalt in verschillende sectoren, die in feite worden geregeerd door nieuwe lokale baronnen die in hun leengoederen een wapenmonopolie hebben. De PA kan een mislukte staat worden, een verschijnsel dat kenmerkend is voor andere Arabische staten zoals Irak, Libanon, Libië en Jemen. Een gewelddadige opvolgingsstrijd na de dood van Abu Mazen maakt een dergelijk scenario alleen maar waarschijnlijker.

De premisse van het paradigma van de tweestatenoplossing (2SS) was dat de Palestijnen, als zij de kans kregen, een staat zouden kunnen oprichten en terrorisme tegen Israël zouden kunnen voorkomen, zoals Egypte en Jordanië. Yitzhak Rabin hoopte op een staat "zonder het Hooggerechtshof en B'Tzelem" om effectief te kunnen regeren, terwijl de Israëli's werd wijsgemaakt dat de Palestijnen een Palestijnse entiteit zouden kunnen oprichten die goede nabuurschapsbetrekkingen met Israël zou onderhouden. Dat werkte niet erg goed.

Yasser Arafat en zijn opvolger, Abu Mazen, waren niet bereid de confrontatie aan te gaan met de gewapende oppositiegroepen (Hamas en Islamitische Jihad) die terreur bleven zaaien tegen Israël. Zij zagen af van een burgeroorlog om het monopolie op het gebruik van geweld, het vereiste kenmerk van een moderne staat, veilig te stellen. Dit vermijden leidde tot het ontstaan van twee Palestijnse entiteiten (Gaza en de Westelijke Jordaanoever) en het potentieel voor verdere versplintering.

Bovendien toont de PA geen enkele neiging om een compromis te sluiten over haar maximalistische doelstellingen en vreedzaam naast Israël te leven. Zij eist nog steeds de verdeling van Jeruzalem, de herhuisvesting van talrijke Palestijnse vluchtelingen in Israël, en een terugtrekking tot de grenzen van 1967. Het onderwijssysteem en de media blijven een enorme vijandigheid jegens Joden propageren en geven Israël de schuld van alle Palestijnse problemen. De veiligheidssamenwerking met Israël betreft vooral het oppakken van gewapende activisten van de islamitische oppositie, aangezien de PA vaak een oogje dichtknijpt voor terroristische activiteiten tegen Israël.

De wens om het anarchistische kenmerk van mislukte staten te voorkomen is begrijpelijk, wat de primaire motivatie is voor de poging om de PA te redden en te versterken. Niettemin moet Israël zijn beperkte vermogen tot politieke manipulatie buiten haar grenzen niet vergeten. Bovendien is het geloof dat de Palestijnen kunnen veranderen en zich redelijk kunnen gedragen of dat een krachtige PA Israël ten goede komt, twijfelachtig.

Kortom, Abu Mazen en zijn coterie maken deel uit van het probleem en niet van de oplossing. Jeruzalem zou dus twee keer moeten nadenken over het bevorderen van inspanningen om het bewind van de PA in stand te houden en een afdaling naar chaos te voorkomen, terwijl het de herbezetting van de Westelijke Jordaanoever afwijst.

Chaos is inderdaad geen prettige gedachte. Chaos in de gebieden vormt een veiligheidsprobleem voor Israël, maar een dergelijk probleem is minder acuut als de Palestijnse milities die om invloed strijden met elkaar concurreren. Een opvolgingsstrijd na de dood van Abu Mazen zou de aandacht kunnen afleiden van de strijd tegen Israël en coördinatie in het conflict met lage intensiteit tegen Israël kunnen verhinderen. Bovendien kan anarchie in de gebieden legitimeren dat Israël vrijer omgaat met de terroristen.

Bovendien kan chaos uiteindelijk positieve resultaten opleveren. De ineenstorting van de PA zal de Palestijnse nationale beweging verzwakken, die tot dusver een bron van endemisch geweld is geweest en een recept is voor regionale instabiliteit in de toekomst. De PA heeft het beleid van radicale regimes zoals Iran gesteund. Zij is ook door en door anti-Amerikaans. Bovendien bedreigt zij ten minste twee "status quo"-staten, Israël en Jordanië.

De ineenstorting van de PA en het falen van de Palestijnse nationale beweging om een fatsoenlijke staat op te richten, zou het verlangen van de Palestijnen naar een onafhankelijke entiteit kunnen verminderen. Het uiteenvallen van de PA zou een public relations debacle zijn voor de Palestijnen en hun aantrekkingskracht bij naïeve Europeanen en Israël-bashers wereldwijd verminderen. Het disfunctionele karakter van de Palestijnse politieke entiteit zou voor iedereen duidelijk worden en meer begrip wekken voor de Israëlische vrees voor de destructieve gevolgen van het Palestijnse nationalisme.

Wanorde in de gebieden zou de stimulans kunnen zijn voor een nieuwe denkwijze over de Palestijnse kwestie bij de Palestijnen en elders. Meer chaos in de door de Palestijnen bestuurde gebieden zou nieuwe kansen kunnen bieden om de situatie te stabiliseren. De teleurstelling over het uiteenvallen van de PA zou een meer realistisch en verzoenend leiderschap op de voorgrond kunnen brengen.

Het interne geweld van de vorige Intifada leidde tot de aanvaarding van de formule van de Conferentie van Madrid van 1991 - een indicatie van een groeiend politiek realisme onder de Palestijnen. Het mislukte PA-experiment zou een bijkomende factor kunnen zijn voor een meer politiek volwassen lichaam. Zo zouden de Palestijnen in Gaza de Egyptenaren kunnen vragen terug te keren, terwijl op de Westelijke Jordaanoever het bewind van de Hasjemieten steeds gunstiger kan lijken dan dat van de PA.

Ondanks zijn groeiende populariteit is het misleidend om Hamas af te schilderen als het enige alternatief voor het leiderschap van de PA. Het Hamas-bestuur in Gaza is inderdaad geen geslaagd experiment; en de allure van het islamitisch radicalisme vervaagt.

Chaos, als tijdelijke situatie, is niet noodzakelijk het slechtste scenario. Israël moet niet huiveren bij het vooruitzicht van een val van de PA.

Bron: The Default Policy Option: Chaos - JISS