Joel C. Rosenberg - 10 oktober 2019
Het is een bijzonder interessante tijd van het jaar om dit onderwerp te bespreken, want bij zonsondergang zullen zo'n 17 miljoen Joden in Israël en over de hele wereld "Jom Kippoer", de "Verzoendag", waarnemen. Dit is een 24 uur durende periode van volledig vasten en bidden, waarin Joden God en anderen zullen vragen om hen te vergeven en te reinigen van de zonden die zij in het voorgaande jaar hebben begaan. Zij zullen ook bidden dat hun namen "geschreven en verzegeld" worden in het "Boek des Levens", zodat zij de eeuwigheid met God in de hemel kunnen doorbrengen en niet naar de hel worden gezonden.
Toch is er een ernstig probleem voor onze gemeenschap.
Hoe kan het Joodse volk vergeving van God ontvangen zonder een tempel in Jeruzalem? Hoe kunnen we vergeving ontvangen als er geen plaats is waar we het bloedoffer van een volmaakt, onberispelijk lam kunnen brengen dat God nodig heeft om te kunnen verzoenen?
In de Torah - met name in Leviticus 17:11 - is de Heer glashelder: "Want het leven van het vlees is in het bloed, en Ik heb het u op het altaar gegeven om voor uw zielen te verzoenen; want het is het bloed, vanwege het leven, dat verzoening doet. "
Elders in de Schrift wordt dit punt nog eens benadrukt: "Zonder het vergieten van bloed is er geen vergeving." (Hebreeën 9:22)
Toch hebben wij Joden sinds 70 na Christus geen tempel meer in Jeruzalem. Al bijna 2000 jaar hebben we daarom geen plaats meer om goede, aanvaardbare offers te brengen. Daarom hebben we niet kunnen vertrouwen op het vergieten van het bloed van een onschuldig volmaakt lam. Dat is zeer ernstig. Het betekent dat we volgens de Wet van Mozes geen verzoening van onze zonden kunnen ontvangen, zelfs niet op de Verzoendag.
Waar blijven we dan?
De Hebreeuwse profeten Jeremia, Daniël en Jesaja wijzen op het antwoord:
De Hebreeuwse profeet Jeremia vertelt ons dat de Heer op een dag een "nieuw verbond" aan het Joodse volk zal voorstellen - heel anders dan het verbond dat Hij met Mozes sloot - en door dit nieuwe verbond zegt de Heer: "Ik zal hun ongerechtigheid vergeven en Ik zal hun zonde niet meer gedenken." (zie Jeremia 31:31-34)
De Hebreeuwse profeet Daniël belicht hoe het nieuwe verbond zal werken. Door middel van Daniël vertelt de Heer ons dat de "Gezalfde" - de Messias - op een dag zal komen "om te boeten voor de boosaardigheid, om eeuwige gerechtigheid in te voeren". Daniël vertelt ons dat wanneer de Messias komt om verzoening te brengen, Hij "afgesneden" zal worden - iets verschrikkelijks gebeurt er met Hem - en dat dit alles zal gebeuren voordat de Tempel en Jeruzalem vernietigd zijn. Met andere woorden, Daniël maakt het duidelijk dat na de komst van de Messias om verzoening te brengen, de Tempel niet meer nodig is, maar dat de Heer niet zal toestaan dat de Tempel vernietigd wordt voordat de Messias komt. De Romeinen vernietigden de Tweede Tempel en de stad Jeruzalem in 70 na Christus. Volgens Daniël moest de Messias dus voor 70 na Christus komen. (zie Daniël 9:21-27).
De Hebreeuwse profeet Jesaja vertelt ons dan iets heel bijzonders: nadat de Gezalfde is gekomen, zullen wij, Joden, naar Hem terugkijken en zeggen: "Hij (de Messias) nam onze pijn op zich en droeg ons leed, maar we beschouwden Hem als gestraft door God, door Hem geslagen en gekweld. Maar Hij werd doorboord voor onze overtredingen, Hij werd verpletterd voor onze ongerechtigheden; de straf die ons vrede bracht was op Hem, en door Zijn wonden zijn wij genezen. Wij allen zijn als schapen afgedwaald, ieder van ons heeft zich op zijn eigen weg begeven; maar de Heer heeft op Hem de ongerechtigheid van ons allen gelegd... Hij heeft de zonde van velen gedragen en voor de overtreders bemiddeld". (zie Jesaja 53).
In 1973, na zorgvuldige bestudering van de Hebreeuwse profeten en het Nieuwtestamentische Evangelie volgens Lucas kwam mijn orthodox-joodse vader tot de conclusie dat Jezus van Nazareth de Messias is waar wij Joden op hebben gewacht. Mijn vader realiseerde zich dat hij alleen vergeving en verzoening kon ontvangen en zijn naam in het Boek des Levens kon laten schrijven door zijn geloof in de dood en opstanding van Jezus, dus dat is wat hij deed. (Om zijn verhaal te zien, klik hier...)
Enkele jaren later kwam ik tot dezelfde conclusie en stelde ik mijn geloof in Jezus de Messias. (Om mijn verhaal te zien of te delen, klik hier...)
Dat gezegd hebbend, geloof ons niet op ons woord. Als je Joods bent, hoop ik dat je deze Schriftteksten opzoekt, ze zelf bestudeert en ze in overweging neemt en tot je eigen conclusie komt.
Als je niet Joods bent, neem dan misschien even de tijd om dit te delen met iemand die dat wel is, en bid ook dat alle Joden de verzoening zullen vinden die alleen door het nieuwe verbond kan komen.
Heel erg bedankt. Gmar Chatimah Tovah! "Moge uw naam worden geschreven en verzegeld in het Boek des Levens!"