14 maart 2017 - door Derek Gilbert
Als wij erin geïnteresseerd waren om bij een mooi bijbelse getal te stoppen, om zo een pakkende titel te krijgen, zoiets als De zeven bergen van de bovennatuurlijke oorlog, maar we zijn geëindigd met het nieuwe boek The Great Inception, op de Berg Sion, te noemen. Maar dit boek zou onvolledig zijn zonder die achtste heilige berg, die een enorme en ongelooflijk destructieve invloed heeft gehad op de wereld.
Deze berg is verantwoordelijk voor wat statistici zeggen dat het 's werelds grootste godsdienst zal worden in ongeveer het jaar 2070 tenzij er iets drastisch gaat gebeuren. In dat opzicht moeten we daaraan de eer geven die we het verschuldigd zijn — deze berg was, zonder twijfel, de plaats van de meest succesvolle bovennatuurlijke PSYOP [Psychologische Operatie] in de geschiedenis.
De Arabische naam voor deze piek betekent Berg van Verlichting. Jabal al-Nour ligt dichtbij Mekka in het westen van Saoedi-Arabië. Het is de plek van de grot waar Mohammed werd bezocht door een engel die zichzelf Jibril of Gabriel noemde.
Het bericht kwam niet van God. Jahweh doet niets wat in tegenspraak is met zichzelf, wat de Koran duidelijk wel doet. Mohammed zag iets, daar twijfelen wij niet aan. Maar het was geen boodschapper van Jahweh.
Wij zullen omgaan met dit specifieke geloof in de islam en haar belangrijkste sekten in het boek. Islam heeft een rol te spelen in de toekomstige conflicten over Gods heilige berg, maar helaas voor de moslims, het deel wat de Gevallenen hen willen laten spelen is heel eenvoudig: om te sterven.
Allah is de naam die wordt gebruikt voor de god van de islam, maar het is ook de naam die wordt gebruikt voor de God van de Bijbel door de Arabische christenen. Dit is enigszins verwarrend, dat betekent, uiteraard, het is niet toevallig. Net zoals El de naam van de oppergod van de Kanaänieten was en een algemene naam voor God in het Hebreeuws, zo is "Allah" een ander PSYOP door de Gevallenen om het water te vertroebelen.
Veel christenen veronderstellen dat moslims dezelfde god aanbidden als welke zij zelf aanbidden, en dus zijn ze niet verbaasd om te horen dat Arabische christenen dezelfde naam voor de God van de Bijbel als juist laten gelden. Dit is dezelfde fout die uitging van de heidense Amorieten in de 15e eeuw voor Christus, die El hebben aanbeden als de God van Abraham, Isaak en Jacob. Moslims die niet geloven dat Allah een zoon heeft, hebben hun geloof gesteld in iets waarvan ze denken dat het de God van het boek (de Bijbel) is. Hoe is dat mogelijk, wanneer er zulke fundamentele verschillen zijn tussen Allah en Jahweh?
Sommige christelijke geleerden brengen een link aan tussen Allah en oudere goden die aanbeden werden in Arabië vóór Mohammed. Dit is niet algemeen geaccepteerd, maar dat moet niet tot een zaak gemaakt worden, zodat de god van de islam iets anders is dan Jahweh.
Etymologisch gezien suggereert het een uitleg die heel zinvol lijkt te zijn, en die welke aanvaard wordt door de meeste geleerden, stelt dat Allah overeenkomstig is met al-lāh, "de god". Dat is zoals in het oude Semitische gebruik van El, een eigennaam die uitgroeide uit het generieke Proto-Semitisch woord ʾil-, met de betekenis "God" of "god". Varianten zien we in het Akkadisch (ilu), Ugaritisch (il), en in het Hebreeuws (eloah, enkelvoudsvorm van elohim).
Toch dwingen de verschillen in de fundamentele kenmerken van Allah en Jahweh ons tot de conclusie dat slechts een van twee dingen waar kan zijn: ofwel, 1) Allah en Jahweh zijn één en dezelfde, en de Bijbel registreert geen nauwkeurige manier waarop Jahweh zichzelf heeft geopenbaard aan de profeten en apostelen; of 2) sommige dingen zijn voorgelogen aan Mohammed in die grot op de Jabal al-Nour, en Allah is niet de God van de Bijbel.
Gezien het feit dat we oudtestamentische teksten hebben die op betrouwbare wijze kunnen worden gedateerd op ten minste twee eeuwen voor Jezus (de Septuagint vertaling uit het Hebreeuws in het Grieks), en de meeste geleerden de eerdere data aanvaarden voor het auteurschap van die boeken, en dat de boeken van het Nieuwe Testament de beste gecertificeerde documenten zijn uit de klassieke periode, met een overtuigend bewijs dat de Bijbel niet beschadigd is of aanzienlijk gewijzigd sinds het werd geschreven door de apostelen en profeten. Hoewel er kleine verschillen zijn tussen sommige teksten, het grote aantal manuscripten en documenten dat is aangeboden welke de Schrift citeren, zoals de brieven van de vroege kerkvaders, is er daarmee veel materiaal tot toetsing van de boeken van de Bijbel om de betrouwbaarheid ervan te bevestigen.
Daarentegen werd de Koran gecompileerd in haar definitieve vorm, ongeveer twintig jaar na de dood van Mohammed, vanuit verschillende concurrerende versies. Tegen de tijd van de derde kalief, Uthman ibn Affan, had de islam zich verspreid vanuit Arabië in Irak, Syrië, Egypte en Iran, culturen die verschillend van elkaar waren, reeds vanaf het punt van oorsprong in het geloof. Oethman ibn Affan was naar verluidt gemotiveerd om deel te nemen aan het project vanwege de meningsverschillen tussen sommige van de nieuwe volgelingen over de juiste manier van bidden. Dus om te verhinderen dat moslims zouden gaan vechten over het boek, werden de teksten verzameld vanuit het hele kalifaat en gecompileerd tot een "officiële" versie en de variante exemplaren werden vernietigd.
Zelfs moslimgeleerden — vooral de Shia, die geloven dat Mohammeds neef en schoonzoon de rechtmatige erfgenaam was van het groeiende rijk van de profeet — hebben toegeven dat Oethman het islamitische heilige boek beschadigde door zijn actie.
Er zit is meer in het verhaal natuurlijk. Geleerden besteden hun gehele loopbaan aan het bestuderen van de Quran, net zoals anderen dit met de Bijbel doen. Maar het fundamentele verschil tussen de Quran en de Bijbel is, dat er geen vergelijking is tussen de twee waar het gaat om de hoeveelheid en de kwaliteit van het bronmateriaal.
Wij hebben geen vreugde erin om dat te zeggen. Letterlijk betalen miljarden mensen de uiteindelijke prijs voor deze bovennatuurlijke misleiding die werkt door een charismatische Arabische handelaar van veertien eeuwen geleden. En miljarden meer zullen worden vernietigd in de cataclysmische eindstrijd over de heilige berg van Jahweh. De bloeddorstige goden bereiden zich voor op oorlog.
Hier is het waar een kort overzicht van de geschiedenis nuttig kan zijn. We worden een beetje speculatief, en omdat we met de geestelijke wereld te maken hebben, is er nog niet zo veel wat we met honderd procent zekerheid kunnen zeggen.
Wat is er gebeurd met de Amorieten? Geleerden hebben die vraag onderzocht sinds hun bestaan werd bevestigd door bronnen buiten de Bijbel in de 19e eeuw. Ze werden uit Mesopotamië verdreven door de Kassieten, die Babylon overnamen in de 16e eeuw voor Christus, de inheemse heersers in de buurt van de Perzische Golf werden genoemd als de Zeeland-dynastie. We hebben al besproken hoe de Amorieten door de Hyksos-heersers, de inheemse Eygptenaren, Neder-Egypte werden uitgezet rond diezelfde tijd.
De Amorieten verdwijnen uit de geschiedenis rond de tijd van de invasie van de Zeevolkeren in de Levant en Egypte in de late 13e en vroege 12e eeuw voor Christus. Dit valt samen met wat geleerden de ineenstorting noemen van de Late Bronstijd. Over een periode van ongeveer vijftig jaar, tussen ongeveer 1200 en 1150 voor Christus, werden de grote landen in het oostelijke Middellandse Zeegebied vanuit het Myceense Griekenland en Hatti tot aan de Amorieten- en Kanaänitische staten van de Levant vernietigd.
Dit was de gebeurtenis die het Koninkrijk van Ugarit beëindigde tijdens de regeerperiode van de noodlottige Ammurapi, die we al in een eerder hoofdstuk noemden. Een klein koninkrijk ten zuidoosten van Ugarit, genaamd Amurru, vernoemd naar de Amorieten, is ook rond deze tijd weggevaagd.
Dit was de periode van de latere Richters, een tijd dat het het decor was voor de opkomst van het Koninkrijk van Israël. Barak en Deborah, de vernietiging van Hazor, wat volgens sommige geleerden kan hebben toebehoord aan het Koninkrijk van Amurru, kunnen gedateerd worden in deze tijd.
De bottomline is dat alleen Egypte en een paar kleine koninkrijken in het noorden van Syrië deze golf van vernietiging lijken te hebben overleefd. De Filistijnen vestigden zich in wat wij vandaag de Gazastrook noemen, en zij kunnen deel hebben uitgemaakt van de Zeevolkeren coalitie. Ontstaan uit de as van deze onrust, naast het Koninkrijk van Israël, waren er diverse Aramese koninkrijken, met Damascus en Hamath als de grootste.
Omdat zij uit hetzelfde gebied kwamen als de Amorieten, werden ze voorheen aan elkaar gekoppeld, is het gemakkelijk om te veronderstellen dat het Aramese volk afstammelingen zijn van de Amorieten, die verder gingen, zo goed als ze konden, nadat de rampen van de Late Bronstijd zich ontvouwden. Maar we kunnen die veronderstelling niet meer maken als we kunnen aannemen dat de Israëli's net zo goed Kanaänieten waren met een opnieuw herpakte godsdienst omdat David aan de macht kwam.
Door het analyseren van teksten die zijn gevonden bij de Neo-Assyrische, Neo-Babylonische en de latere Egyptische koninkrijken, kunnen we een geschiedenis samenstellen die solide lijkt. Terwijl de naam "Amorieten" buiten gebruik raakte na de verovering van Kanaän, zijn er een paar stamnamen die de periode overbruggen tussen de verdwijning van de Amorieten, en de opkomst van de Arameeërs. In het bijzonder de Aḫlamū, ook wel genoemd Aḫlamū-Aramayū (Aḫlamū-Arameeërs) door de Assyriërs, en onze oude vrienden de Suteans.
Deze twee stamnamen verschijnen samen, om te worden gebruikt, ten minste soms, door elkaar met de Amorieten, zowel als met de Aramese nomaden, vooral in de steppen van Syrië en Transjordanië. Na de veroveringen van het Assyrische rijk gedurende de 7e eeuw v.Chr., verdwijnen zelfs de Arameeërs uit de geschiedenis, hoewel de Aramese taal, omdat die werd aangenomen als de lingua franca van Assyrië, de taal van de handels- en culturele uitwisselingen in het nabije oosten van ongeveer 600 v.Chr. tot rond de tijd van Jezus, alvorens het Grieks de ruimte kreeg.
Kortom, geleerden kunnen een "geografische, historische en taalkundige continuïteit" documenteren tussen de Amorieten uit de oude Babylonische periode en de Arameeërs uit het Midden-Babylonisch tijdperk. [1]
Recente geschiedenis in het oude Amorieten geboorteland, waaronder Irak, Syrië, Jordanië en Libanon, wijst op een onrustige toekomst voor het Heilige Land. Eerder vermeldden wij al het bestaan van de streekgebonden geesten. Het belangrijkste bijbelse voorbeeld is de Vorst van Perzië, die de boodschapper aan Daniël voor enkele weken heeft tegengehouden. We kunnen het niet zeker weten, maar het is vermeldenswaardig omdat, zoals u tot nu toe hebt opgemerkt, deze auteur niet veel overlaat aan het toeval, vooral waar het gaat om de Bijbel en de voortdurende geestelijke strijd.
Hier zijn de relevante vragen: Kan het gewoon een vreemd toeval zijn dat de hot spots in het Midden-Oosten, met name sinds de opkomst van de Islamitische Staat sinds de zomer van 2014, een match zijn voor de gebieden gedefinieerd als het geboorteland van de Amorieten, vierduizend jaar geleden? Is het gewoon een kosmisch ongeval dat het land van de Amorieten, vooral Midden- en Noord Syrië, veel belangrijker zijn in de eschatologie van de islam dan Arabië, het land van de geboorte van de islam?
Overweeg de anders onverklaarbare wreedheden in de hoofdstad van de Islamitische Staat, Raqqa, die ligt aan de westoever van de Eufraat, dichtbij Jebel Bishri, de oude berg van de Amorieten; of de vernietiging in Aleppo, genoemd als de stad waar Hadad werd aanbeden toen het werd geregeerd door de koningen van de Amorieten in de dagen van Abraham, Isaak en Jacob. De profetieën die het leiderschap van de Islamitische Staat leiden richten zich op gebieden waar de oude goden van de Amorieten ooit absoluut heersten.
In Irak, waar harde druk op ISIS wordt uitgeoefend, nog steeds tijdens dit schrijven, door Iraakse, Koerdische, Turkse en Amerikaanse troepen in de stad Mosoel, suggereren analisten bij de Bestrijding van Terrorisme Centrum aan de Amerikaanse militaire Training Academy in West Point, dat ISIS reeds een ander plan heeft opgesteld voor de Diyala provincie, als ze niet in Mosul kunnen blijven hangen. De analisten zien het gebied met een demografische samenstelling van Diyala dat vooral geschikt is voor een doorgaande oproer.[2] Dat is het gebied ten noordoosten van Bagdad langs de Diyala-rivier in de richting van het Hamrin-gebergte, waar meer dan vierduizend jaar geleden de verdoemde Sumerische koningen van Ur hun zinloze Amorieten-muur bouwden om de Tidnum tegen te houden.
Dit alles roept de vraag op welke vuile geest aan het werk is in MAR.TUki, het oude land van de Amorieten?
Laten we een beetje dieper graven. En als u ons daarin wilt ontzien, worden we een beetje speculatief. Zoals we hebben opgemerkt, is er alleen dit wat we zeker weten over de geesten die oppositie voeren tegen God. Ze liegen, en ons begrip van dat rijk is beperkt. Maar laten we eens kijken naar wat er beschikbaar is voor ons, en zien of we enkele voorlopige conclusies kunnen trekken.
De meeste Bijbelgeleerden die het verdwijnen nasporen van de naties die zich verspreid hebben vanaf Babel in Genesis 10, plaatsen twee naties die genoemd zijn in Ezechiëls profetie betreffende de oorlog van Gog Magog, Sheba en Dedan, in Arabië. Sheba was de vader van de Sabeeërs, die een Koninkrijk in Zuidwest-Arabië stichtten, het moderne Jemen.
Dedan vestigde zich langs de kust van de Rode Zee in West-Arabië, in het gebied genaamd de Hejaz. Dedan was een belangrijke oase langs de karavaanroute tussen Sheba en Babylon. Vanwege de barre woestijn die het landschap van Arabië bedekt, ging de reisroute langs het noorden door Edom, net ten zuidoosten van Juda. Dedan groeide uiteindelijk uit tot een onafhankelijk koninkrijk rond de tijd van de profeten Ezechiël, Jeremia, en Daniël, in de 7e en 6e eeuw voor Christus. De laatste koning van Babylon, Nabonidus, bracht het grootste deel van zijn leven door in de belangrijke Dedanite oase van Tayma, onderwijl Babylon toevertrouwend aan de regering van zijn zoon, Belshazzar — die van het incident mene, mene, tekel, upharsin.
Sheba en Dedan waren zonen van Raamah, een zoon van Cush, de zoon van Cham. Dit maakt Sheba en Dedan neven van Nimrod, waarvan wij geloven dat dit de Sumerische koning Enmerkar was, de zogenaamde bouwer van de woonplaats van de goden, de toren van Babel in Eridu. (Sheba en Dedan worden ook genoemd in Genesis 25 als de kleinzonen van Abraham en diens bijvrouw Ketura, door hun zoon Jokshan. Geografisch gezien echter worden ze nog steeds geplaatst onder de stammen van Arabië.)
Niemand is zeker waarom Nabonidus een decennium doorgebracht heeft met het wonen in de woestijn, maar de beste gissing is dat hij op zoek was naar profetie en begeleiding van de godheid van zijn voorkeur, de maan-god Sîn, die de koning verhief tot in de bovenste plaats in het pantheon.
Ik volbracht de opdracht van Sîn, koning van de goden, heer der heren, wonend in de hemelen, die, in vergelijking met de goden in de hemel, zijn naam overtreft: (ook) Šamaš [zonnegod], die de helderste (vertoning) is, van Nanna (God) [vuur-god], Ištar [Ishtar/Inanna, godin van seks en oorlog], Adda [Hadad, de stormgod Ba'al], Nergal [Resheph/Apollo, god van de oorlog en de pest en poortwachter naar de onderwereld], (die) het bevel bereikte van Nannar [Sumerische naam voor Sîn] hun vrijgeleide.[3]
Harran inscriptie H2, A & B, kolonel III (tekst tussen haakjes toegevoegd)
Merk op dat Marduk in deze lijst van goden ontbreekt. Nabonidus heeft zich waarschijnlijk vijand gemaakt van het gevestigde Marduk-priesterschap in Babylon, misschien met het creëren van een religieuze vijfde kolonne die heeft bijgedragen aan het gemak waarmee Babylon aan de Perzen toeviel.
Men gelooft dat Nabonidus' moeder Addagoppe (Adad-guppi — merk op het theosofische element Adad) een priesteres was van Sîn in Haran in het noorden van Mesopotamië. Onthoud ook, Haran was het cultische maan-god centrum, dat zo belangrijk was voor de Binū Yamina Amorieten stammen in Abrahams dagen, 1400 jaar eerder. Dus Nabonidus kan een afstammeling zijn geweest van het oude ras van Aramese/Amorieten, en om sommige reden — noem het een helse openbaring, als je wil — was hij gedwongen tot het herleven en markeren van de cultus van Sîn en zijn transplantatie daarvan naar de Arabische woestijn.
De maan-god heeft een lange geschiedenis in dat deel van de wereld. We hebben niet alleen het bewijs van cultuurcentra van Ur, Haran en Jericho, die dateren uit het 3e millennium van voor Christus, maar vergeet ook niet het verhaal van Gideons overwinning op de Midianieten, een ander volk dat in Noordwest-Arabië leefde. Gideons enorme oogst aan goud aan wassende maan ornamenten van de kamelen van de Midianieten, die vermoedelijk de maan-god geëerd hebben. Symbolen van een hemelse triade met Sîn, Šamaš en Ishtar beeltenissen — Maan, Zon en Venus — komende uit het midden van het tweede Millennium voor Christus en op zijn minst in de tijd van Nabonidus, die wordt afgebeeld in het vereren van de drie goden op een stèle die bewaard bleef.
Terwijl de ster en het halve maan-symbool prominent in gebruik zijn in de islamitische wereld van vandaag, kwam het daar slechts in gebruik nadat de Ottomanen Constantinopel innamen in 1453, wat niet lang genoeg is om te suggereren dat de oude cultus van de maan-god in het Nabije Oosten en Arabië heeft plaatsgevonden tot in het moderne tijdperk door de afstammelingen van de Amorieten, Arameeërs, en hun Arabische buren in het zuiden, met name door de impuls die is gegeven aan de maan-god cultus in Arabië door de koning van Babylon tijdens de laatste dagen van dat rijk.
Waarom is dit van belang? Terwijl Sheba (Jemen) bijna geografisch niet relevant is voor de eindtijden profetie (behalve misschien als een ontvlampunt voor een bredere Sunni-Shia-oorlog), lijkt Dedan, zoals we eerder lieten zien, dezelfde naam te dragen als de oude stam van de Amorieten Didanu/Tidanu, waarvan de Grieken de namen van de Titanen hebben afgeleid. En het gebied dat bewoond werd door de Dedanites, de Hejaz, bevat de twee heiligste plaatsen van de islam, Mekka en Medina.
Terwijl Moslimgeleerden voor die verbinding pleiten, is de symbolische link, in ieder geval wel duidelijk. Joel Richardson heeft een uitstekend werk tot stand gebracht over de heidense wortels van Allah in zijn nieuwe boek, Mysterie Babylon. De historische link tussen Nabonidus, de maan-aanbiddende koning van Babylon en de regio van de heiligste plaatsen van de islam kan toeval zijn, maar je weet onze gevoelens over die toeval-theorieën.
Nu, gelieve te begrijpen: We zijn niet aan het suggereren dat er een fysieke verbinding is tussen de Wachters/Titanen en de Arabische stammen die de islam hebben verspreid over de wereld. Met andere woorden, en we hopen dat dit u niet zal teleurstellen, wij zien geen rol in de eindtijd voor ISIS als de Nephilim. [4]
Toch is het fascinerend dat geschiedenis eens te meer een geestelijke band heeft tussen het verleden en de toekomst waar we nooit verwacht hadden die te vinden.
Notities
1 Bodi, op. cit., p.409.
2 Mello, Alex en ridders, Michael. "Verliezen van Mosul, Diyala regenereren: hoe de islamitische staat Iraks sektarische Tinderbox kan benutten". Bestrijding van Terrorisme Center, 25 oktober 2016 (https://www.ctc.usma.edu/posts/losing-mosul-regenerating-in-diyala-how-the-islamic-state-could-exploit-iraqs-sectarian-tinderbox), ontvangen 12/22/16.
3 Gadd, C.J. "The Harran inscripties van Nabonidus," Extrait d'Anatolian Studies, VIII (1958), pp. 35-92. In: Syrië. Tome 37 fascicule 1-2, 1960. pp. 194-196.
4 Maar dank zij aan Joel Richardson voor de inspiratie. Misschien als een roman...
Volgende keer: Het mysterie van Inanna, patroongodin van Nimrod
Deel 1 - Deel 2 - Deel 3 - Deel 4 - Deel 5 - Deel 6 - Deel 7 - Deel 8 - Deel 9 - Deel 11 Deel 12
Bron: The Great Inception Part 10: Bad Moon Rising - From Babylon to Jericho to Mecca » SkyWatchTV