Het zout van de aarde
30 september 2015 | door Jack Kelley
Een eenvoudige zin in Markus 9:50 zegt zó veel. Het is bijna iets verborgens en toch, wanneer het in licht wordt gezet vanuit de omliggende passage spreekt het boekdelen. "Heb zout in uzelf, en leef met elkaar in vrede."
In Markus 9-10, nam de Heer veel tijd voor het samenvatten van Gods standaarden voor gedrag. En geloof me, ze zijn onmogelijk. Zozeer zelfs dat de discipelen verbaasd stonden en uitriepen: "Wie kan er dan zalig worden?" Jezus antwoordde: "Bij de mensen is het onmogelijk, maar niet bij God, want bij God zijn alle dingen mogelijk." (Marcus 10:26-27)
En in het midden van deze twee hoofdstukken is er die eenvoudige kleine richtlijn: "Heb zout in uzelf en leef in vrede met elkaar" (Marcus 9:50). Welke grote lessen komen er voort uit de kleine dingen in de Schrift.
De waarde van zout
Zout werd in die tijd gebruikt als conserveermiddel om het bederf-proces te vertragen. Natuurlijk waren er toen geen koelkasten, en dus was zout een waardevolle grondstof. In feite werden de Romeinse soldaten soms betaald in zout. (Waaruit het gezegde: "de moeite van het zout niet waard zijn" is ontstaan.) Ze konden het zout gemakkelijk ruilen voor de dingen die ze nodig hadden en soms zelfs met een kleine winst op de koop toe.
Bij het zoeken naar "zout" in de Bijbel, vind je 27 referenties in het Oude Testament en 8 in het Nieuwe. Bijvoorbeeld, was zout een van de ingrediënten in de heilige wierook, voor gebruik in het Heilige der Heiligen (Exodus 30:34-35).
Zoutverbond
In Leviticus 2:13 gebood de Heer de Israëlieten het "zout van het verbond" te gebruiken in het spijsoffer, een vrijwillige daad van aanbidding. Er is ook een verwijzing in Numeri 18:19 naar een "zoutverbond" in verband met het deel van de offers dat naar de Levieten ging voor hun consumptie. Dit zoutverbond wordt voor de derde keer genoemd in 2 Kron. 13:5. Daar verwijst het naar de belofte van de Heer van een eeuwig koninkrijk voor David.
Traditioneel is het zoutverbond een symbool van uithoudingsvermogen, behoud, en de vrijzijn van corruptie. Hoewel de Bijbel dit niet met zoveel woorden verklaart, lijken de drie oudtestamentische verwijzingen naar dit verbond te zeggen dat de Heer een eeuwig behoud wilde voor iets dat Hij heeft verordend, en wil dat het vrij van corruptie zal blijven.
De priesters en de Levieten werden apart gezet voor Hem, door hen geen land te geven, en hen te ondersteunen (conserveren) door de offers van Israël aan de Heer. Toen sommigen van hen corrupt werden, verbande Hij hen van Zijn aanwezigheid voor altijd, en in het Millennium zal alleen de familie van Zadok, die trouw is gebleven, de belangrijkste tempeltaken uitvoeren in zijn tegenwoordigheid (Ezechiël 44:10-16).
Ook werd de Davidische lijn opgericht om de troon van Israël voor de komende Messias te behouden. Maar toen de koningen van Juda verdorven werden, vervloekte de Heer de koninklijke lijn van David met de schorsing van de koning in functie tot de Messias zelf komt zitten op de troon van David (Jeremia 22:28-30, Ezechiël 21:25-27, Lukas 1:32). Omzeilen van deze vloek vereist niets minder dan een maagdelijke geboorte van de Messias om zich te kwalificeren om Israëls koning te worden. Deze voorbeelden vertellen ons alleen dat God een zoutverbond kan maken en alleen God kan het houden.
Zoals ik al eerder heb geschreven, zijn de dingen die extern en fysiek zijn in het Oude Testament vaak intern en spirituel geworden in het Nieuwe. Dus als nieuwtestamentische gelovigen worden we geacht het zout in onszelf te hebben, en het moet het symbool zijn voor een geestelijk bewaarmiddel dat ons uithoudingsvermogen geeft en vrij is van corruptie. En let erop dat de vermaning om niet het zout zelf te zijn, maar om het zout in onszelf te hebben. Met andere woorden, het is niet iets wat wij doen, het is iets dat voor ons wordt gedaan.
Het zout van de aarde
Romeinen 8:29-30 zegt dat degenen die geloven het evenbeeld zijn van de Zoon, vanwege dat we gerechtvaardigd zijn door God. Het Griekse woord "gerechtvaardigd" is dikaioo. Het betekent: rechtvaardig maken. Vanwege ons geloof heeft God ons als rechtvaardig verklaard. Wanneer Hij kijkt naar ons, ziet Hij een nieuwe schepping (2 Kor. 5:17), gemaakt om te zijn als Hij, in ware gerechtigheid en heiligheid (Efeze 4:24). Wanneer we zondigen schrijft Hij ons gedrag toe aan de oude zondige natuur die nog steeds in ons woont (Romeinen 7:18-20) en aangezien Hij onze zondige natuur gaat vernietigen en alleen het deel te behouden van ons dat voldoet aan de gelijkenis van Zijn Zoon, dat is het deel wat Hij kiest om te zien.
"Immers, de bazuin zal klinken en de doden zullen als onvergankelijke mensen opgewekt worden, en ook wij zullen veranderd worden. Want dit vergankelijke moet zich met onvergankelijkheid bekleden en dit sterfelijke moet zich met onsterfelijkheid bekleden"(1 Kor. 15: 52-53).
Op die dag zullen we in feite geworden zijn wat we al zijn door het geloof, door het ontvangen van nieuwe organen die nooit zullen verouderen. Tot dan heeft ons geloof ons leven behouden in Zijn aanwezigheid. En omdat ons geloof is gebaseerd op wat de Heer heeft gedaan, is er niet iets wat we kunnen doen, het duurt voor eeuwig en kan niet worden beschadigd zoals de koningen en priesters van het oude verbond werden beschadigd. Door één offer Hij heeft ons voorgoed geperfectioneerd, wij die geheiligd zijn geworden (Hebr. 10:14).
Maar er is meer. Omwille van ons geloof gaf God Zijn Geest in ons hart als borg, dat garandeert wat komen gaat (2 Kor. 1:21-22). Als gevolg daarvan is onze aanwezigheid op aarde het behoud van de gevallen wereld om ons heen, door het vertragen van de bedervingsproces. Jezus noemde ons zelfs het zout der aarde (Matt. 5:13). Maar het zal op deze manier altijd zo blijven. Op een dag, al snel, zullen we van de aarde verwijderd worden naar de hemel, de plaats van ons burgerschap (Fil. 3:20), en het zout van de aarde zal hier niet meer zijn.
Dit was Paulus' punt in 2 Thes.2:7-8. Hij zei dat de geheime kracht van wetteloosheid al aan het werk is, maar iemand houdt het tegen. Die iemand, de Heilige Geest, woont in de Gemeente (Efeze 1:13-14). Na ons vertrek zal het bederfproces zich versnellen en de wereld die we achterlaten zal worden vernietigd in het oordeel. En dan, zoals Hij een nieuw onvergankelijk lichaam heeft gemaakt voor ons, zal God een nieuwe schepping maken, bevrijd van de slavernij van verval, en gebracht in de glorierijke vrijheid van de kinderen van God (Romeinen 8:19-21).
Handel rechtvaardig, in liefde en barmhartigheid, wandel ootmoedig met uw God
En dat is de reden waarom de rest van Mark 9:50 ook belangrijk is... "en leef in vrede met elkaar." Eerder in Markus 9 kunnen we lezen over een ruzie onder de leerlingen over wie van hen de grootste was (Mark 9:33 -37). En er was het incident waar de discipelen niet een man konden stoppen en bevrijden van demonen in de naam van de Heer, want hij was niet één van hen (Marcus 9: 38-41), en ten slotte de waarschuwing niet de oorzaak te zijn van de zonde door een ander (Mark 9:42-48). Een deel van het zijn van het zout der aarde is een bron van vrede in je invloedssfeer. Je kunt niet iets goed houden terwijl je alles naar beneden haalt. Paulus zei dat als het mogelijk is, voor zover het van ons afhangt, moeten we in vrede leven met iedereen (Romeinen 12:18).
Dus daar heb je het. Een zinnetje met een grote betekenis. De Bijbel is er vol van.